Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Boteren

De boeren boterden een deel van de melk voor eigen gebruik. Boteren was een aparte ceremonie op de boerderij. Op de Slijkhoef stond op de stal een groot wiel dat door een hond werd aangedreven. Dat wiel bracht op de goot een menneke in een ton met melk in beweging. Door het in beweging brengen van de melk kwam er uiteindelijk boter boven drijven. De karnemelk was er om te drinken en om karnemelkse pap, mölkepap, van te koken. Later is het grote wiel vervangen door een boterstand. Dat is een ton waarin men het menneke met het draaien van een klein wiel in beweging bracht; een mooi karwei voor de kinderen die thuis kwamen van school. In de oorlog, toen boteren voor eigen gebruik door de bezetter was verboden, gebruikte men een stok met een kruislat in een melkbus. Het duurde veel langer maar het werkte wel. Tot de komst van de melkfabrieken was er op de boerderijen altijd een boteroverschot. Heel vroeger moesten de boerinnen met de boter naar de markt in Den Bosch. Vanaf 1838 mocht Udenhout zelf jaarlijks twee markten houden. Een vóór 30 april en een ná 8 september. Blijkbaar waren ze niet erg rendabel. In 1853 schafte men de markt af en in 1862 volgde de heroprichting. De botermarkt vond plaats in het bijgebouw van het gemeentehuis. Elke woensdagmorgen om tien uur luidde het klokje ten teken dat “de mèèn los was”.